Deze lessen zijn voor Social Work en starters. 

Terug naar overzicht

----------

Mensen met beperkingen (uitgebreid).

We spreken van een beperking of handicap als iemand vanwege dat gebrek gehinderd wordt in zijn dagelijks leven.
Het gaat dan om een belemmering die ernstig en langdurig is.
Er is verschil tussen een stoornis/handicap/beperking en een probleem.

Soorten handicaps of beperkingen.

Lichamelijke beperkingen:

Motorische beperking

Zintuiglijke beperking

Chronische beperking


Verstandelijke beperkingen:

Licht verstandelijke beperking

Matig verstandelijke beperking

Ernstige verstandelijke beperking

Zeer verstandelijke ernstige


Psychiatrische beperkingen:

Fobieën

Dwangneurose

Eetstoornis of verslaving

Persoonlijkheidsstoornis

Stemmingsstoornis


Mensen kunnen ook meervoudig beperkt zijn.

Lichamelijke beperking:

Oorzaken van een lichamelijke beperking kunnen zijn:
- Aangeboren
- Ontsteking of infectie
- Iets mis gaat tijdens de zwangerschap of de geboorte
- Ongeval
- Leeftijd
- Erfelijk of overdraagbaar

Motorisch handicap:
Stoornissen aan het bewegingsapparaat.
Voorbeelden zijn:
- Dwarslaesie
- Reumatische aandoening
- Ziekte van Parkinson

Zintuiglijke handicap:
Een zintuig is een orgaan dat prikkels waarneemt.
Voorbeelden hiervan zijn prikkels van geluid, licht, geuren en aanrakingen. Voelen, ruiken, proeven, horen en zien zijn zintuigen. Bepaalde zintuigen werken niet of onvoldoende.
Voorbeelden zijn:
- Doven of slechthorenden
- Blinden of slechtzienden

Chronisch beperking:
Een stoornis in een orgaan. Het hart, de nieren, de longen en de lever zijn enkel voorbeelden van organen.
Voorbeelden zijn:
- Astma en andere longaandoeningen
- Suikerziekte
- Hart en vaatziekte
- Nier en leveraandoeningen


De mate waarin je last hebt van een lichamelijke beperking is erg verschillend. Mensen kunnen hulp nodig hebben bij hun dagelijkse dingen zoals wassen, aankleden en douchen.
Het kan ook voorkomen dat je lichamelijke klachten hebt en zonder dat je weet wat je hebt.


Verstandelijke handicap:

Verstandelijk beperkt betekent dat je hersenen niet zo goed werken.
Mensen kunnen niet zo goed denken, leren en onthouden. Dit wil zeggen dat er een stoornis is in het waarnemen, denken, kennen en/of weten, die niet meer over gaat. Hierdoor heeft iemand een ontwikkelingsachterstand. Alles wat je leert vanaf de geboorte gaat dan langzamer als bij een kind dat niet gehandicapt is bijvoorbeeld: kruipen, lopen, praten e.d.. Mensen met een verstandelijke beperking zijn niet ziek.
De belangrijkste oorzaken zijn een afwijking van de chromosomen, een beschadiging van de hersenen tijdens de geboorte, een infectie tijdens de zwangerschap of een hersenontsteking na de geboorte.

Er wordt een indeling gemaakt aan de hand van de verschillende niveaus.
- Lichte verstandelijke beperking.
- Matige verstandelijke beperking
- Ernstige verstandelijke beperking
- Zeer ernstige verstandelijke beperking.

Werken met mensen met een verstandelijke beperking (denk aan leeftijd):
- Woongroep
- Activiteiten.



Psychisch betekent in je geest, je gedachten. Hier zit de stoornis. Vaak gaat het om angsten, spanningen of persoonlijkheidsproblemen. Daardoor is een normaal leven voor die persoon tijdelijk of blijvend niet mogelijk.

Enkele voorbeelden:
- Fobie (overdreven angst en paniek voor dingen).
- Dwangneurose
- Persoonlijkheidsstoornis.
- Stemmingsstoornissen.
- Eetstoornis of verslaving.


Angsten:
Iedereen is wel eens bang. En dat is maar goed ook, want angst waarschuwt je voor gevaar. Je schrikt bijvoorbeeld als je een brandlucht ruikt. Je lichaam maakt zich klaar voor actie zodat je snel het vuur kunt blussen of kunt vluchten. Dat is een normale, gezonde reactie.
De grens tussen gewone angst en een angststoornis is soms moeilijk te trekken. Bang zijn voor slangen is verstandig. Maar als je verstijft bij het zien van een slang op televisie, dan is dat geen normale reactie. Bij een angststoornis is je angst extreem en niet realistisch. Daarbij heb je zoveel last van je klachten dat je niet goed meer kunt functioneren in je dagelijkse leven.

Goede site voor angst en fobie is www.adfstichting.nl
Goede site voor algemene informatie www.gezondheidsplein.nl


Een psychiater is een arts die zich heeft gespecialiseerd in geestesziekten. In tegenstelling tot een psycholoog, die een opleiding in de psychologie heeft gevolgd, heeft een psychiater dus geneeskunde gestudeerd. Na de artsenopleiding heeft een psychiater zich vier en half jaar gespecialiseerd in de psychiatrie. De opleiding tot psychiater is dan ook alleen toegankelijk voor artsen.
Hoe gaat een psychiater te werk?

Een psychiater behandelt mensen met psychische stoornissen. Hij gaat op zoek naar de oorzaak van de mentale problemen van zijn cliënten, en stelt vervolgens een behandelplan samen. Dit behandelplan bestaat uit meerdere gesprekken met de patiënt, en ook zijn omgeving wordt in de behandeling betrokken. Daarnaast kan een psychiater medicijnen voorschrijven, iets waartoe een psycholoog niet bevoegd is. De problemen die een psychiater behandelt zijn vaak ernstiger van aard dan die waarvoor een psycholoog geraadpleegd kan worden. De patiënten van een psychiater blijven meestal dan ook langer onder behandeling.

Wanneer naar de psychiater?
Een psychiater is er voor de behandeling van vrijwel alle psychische stoornissen. Hij behandelt bijvoorbeeld psychoses en depressie, en helpt cliënten die het gevoel hebben vastgelopen te zijn door een psychiatrische aandoening. De psychiater behandelt de cliënt vanuit een medische benadering, de psychiatrie beschouwt psychiatrische aandoeningen als een ziekte. Door middel van therapie en medicatie probeert de psychiater het leven van de cliënt en zijn omgeving te vergemakkelijken, en de symptomen van de aandoening te verzachten.





Doel van deze les is dat je meer te weten komt over de verschillende vormen van communicatie bij mensen met beperkingen. Studenten hebben vaak veel ervaringen met onderstaande punten die gevraagd worden (maak daar gebruik van).

Er kan gebruikt gemaakt worden van de les “communiceren bij mensen met een beperking” die bij Social work staat.
1. Wat is erger doof of blind zijn?

2. Hoe communiceren mensen?

3. Waarom is communicatie belangrijk?

4. Wat kunnen oorzaken zijn dat mensen moeilijker kunnen communiceren?

5. Met welke mensen is het soms moeilijk om te communiceren?

6. Heb je ervaringen met problemen in de communicatie?

7. Welke hulpmiddelen zijn er om beter te kunnen communiceren?


Uiteraard zijn er actuelere filmpjes beschikbaar, onderstaande gebruikte ik.

Terug naar overzicht