Deze lessen zijn bedoeld voor de studenten van de opleiding Social work.  

Opleiding Social Work.

Terug naar overzicht

----------

Toets en antwoorden: Handelen als professional.

Toets Professioneel handelen Maximaal 25 punten te halen, 14 punten is een 5,5.
Antwoorden zijn ook te vinden bij de verschillende lessen zoals machtssoorten en privacy.

Vraag 1 a: Maximaal 4 punten
Noem tenminste 4 situaties waarbij je als beroepskracht te maken kunt krijgen met de privacy van de cliënt.

Vraag 1 b: Maximaal 4 punten
Geef bij de situaties, genoemd bij vraag 1a, aan hoe jij vindt dat de beroepskracht met de privacy van de cliënt rekening moet houden.
Vraag 2: Maximaal 2 punten
Geef 2 manieren aan hoe je als beroepskracht rekening kunt houden men levensbeschouwing of geloofsovertuiging van een cliënt.

Vraag 3: Maximaal 2 punten
Heb je ten opzichte van je collega’s dezelfde geheimhouding als ten opzichte van je vrienden? Motiveer je antwoord.

Vraag 4: Maximaal 1 punt
Het bewaken van grenzen heeft te maken met zelfrespect. Leg uit wat hier het verband is.

Vraag 5 : Maximaal 3 punten
Geef per zin, met argumenten, aan of dit voor jou te ver zou gaan of niet?
Alleen antwoorden met argumenten scoren.
a. Een cliënt met en verstandelijke beperking van 40 wil jou een kus geven op je wang.
b. Een bewoner in het verpleeghuis wil dat jij even bij hem op bed komt zitten.
c. Je gaat met een groep cliënten zwemmen en kleed jij je om in het bijzijn van de cliënten.

Vraag 6 a: Maximaal 4 punten
Beschrijf vier soorten macht in eigen woorden.

Vraag 6 b: Maximaal 4 punten
Geef bij iedere soort macht, genoemd bij vraag 6a, een voorbeeld vanuit de eigen praktijk.

Vraag 7: Maximaal 1 punt
Je geeft bij je begeleid(st)er aan dat je de verantwoordelijkheid over een taak, die je bij de cliënt moet uitvoeren, nog niet kunt nemen. Je wilt eerst een keer meekijken met je collega en daarna pas de afweging maken of je de taak zelfstandig kunt doen.
Leg uit wat het jouw reactie te maken heeft met professioneel handelen.



Succes met het maken van de toets, Evert

Vraag 1a
- Noem tenminste 4 situaties waarbij je als beroepskracht te maken kunt krijgen met de privacy van de cliënt. Maximaal 4 punten

Het lezen van iemand zijn post. ~Je moet iemand verschonen. ~Iemand voert een telefoongesprek.
~Het hebben van een eigen plekje in huis. ~Dagboek. ~Je praat met een kennis over een cliënt.
~Het mogen hebben van een geheim. ~Je gaat iemand zijn kamer binnen. ~Agenda.
Per onderdeel 1 punt.

Vraag 1b:
- Geef daarbij aan hoe jij vindt dat de beroepskracht met de privacy van de cliënt rekening moet houden. Maximaal 4 punten


Vraag 2.
Geef 2 manieren aan hoe je rekening kunt houden men levensbeschouwing/geloofsovertuiging van een cliënt. Maximaal 2 punten.
Stilte bij de maaltijd, feestdagen, kerkbezoek, bijbel lezen, niet vloeken, eetgewoonten, kleding.


Vraag 3.
Heb je ten opzichte van je collega’s dezelfde geheimhouding als ten opzichte van je vrienden? Motiveer je antwoord. Maximaal 2 punten.
Ten aanzien van collega’s niet ze horen alles te weten wat je met een cliënt bespreekt.
Voor vrienden heb je wel een beroepsgeheim, dit heeft te maken met de privacy van de cliënt.
1 van de 2 onderdelen genoemd dan 1 p.

Vraag 4
Het bewaken van grenzen heeft te maken met zelfrespect. Leg uit wat hier het verband is. Maximaal 1 punt
Zelfrespect moet uit naar voren komen dat je zelf grenzen kunt aangeven en dat dit met zelfvertrouwen te maken heeft. Per onderdeel 1/2 punt.

Vraag 5
Geef per zin, met argumenten, aan of dit voor jou te ver zou gaan of niet?
Alleen antwoorden met argumenten scoren, zonder argumenten is geen score( niet te ver, te ver).
a. Een cliënt met en verstandelijke beperking van 40 wil jou een kus geven op je wang.
niet te ver, grens aan kunnen geven en weten met welke intentie het gedaan wordt.
b. Een bewoner in het verpleeghuis wil dat jij even bij hem op bed komt zitten.
Het zelfde antwoord als a.
c. Je gaat met een groep cliënten zwemmen en kleed jij je om in het bijzijn van de cliënt. Uitgangspunt is dat het te ver gaat, alleen als er duidelijk wordt aangegeven dat het omkleden op een zo beperkt mogelijke manier gebeurt.

Vraag 6a.
Beschrijf vier soorten macht in eigen woorden. Maximaal 4 punten.
Vier soorten macht goed aan de orde gekomen zie 7b.

Vraag 6b. Geef bij iedere soort macht een voorbeeld vanuit je eigen praktijk. Maximaal 4 punten.
Instelling-, deskundigheids-, sanctie- en identificatiemacht per soort 1 p.

Iedereen krijgt minimaal 4 punten voor vraag 6a+b omdat dit een kennis vraag is en dit heb ik niet behandeld in de les.

Vraag 7
Je geeft aan dat je de verantwoordelijkheid over een taak neemt.
Veiligheid genoemd dan volle score anders – ½

Terug naar overzicht